Wormpreventie bij het paard
Wat kunt u zelf doen aan wormpreventie?
1. Tenminste 1-2x per week de mest van het land/uit de paddock te halen.
2. Bij voldoende land elke 3 weken omweiden naar een stuk land waar dit voorjaar nog geen paarden hebben gelopen. U weidt de paarden dan zoveel mogelijk op een ‘veilige weide’.
3. Alternerend beweiden; er komen schapen of koeien op de weide. Deze zijn ongevoelig voor de wormeieren van paarden. Door opname van wormeieren en larvenzorgen ze voor een schonere weide.
4. Regelmatig de mest bekijken op wormen of ‘proglottiden’. (segmenten van de lintworm, deze zijn met het blote oog zichtbaar.)
In de winter en het voorjaar kunt u 1-1 ½ cm lange haardunne rode wormpjes vinden op de mest. Dit zijn rode bloedwormen. Rode bloedwormen komen vooral bij jonge paarden voor. Ontwormen is noodzakelijk.
Witte, dikkere wormen van 2,5-5cm lang met een heel dun sliertachtig uiteinde zijn aarsmaden, deze zijn onschuldig.
Vooral bij jonge dieren (jonger dan 3 jaar) kunt u ook hele lange, dikke witte wormen vinden (spaghettiachtig ). Dit zijn spoelwormen en ook dan is het van belang het paard te ontwormen met een daarvoor geschikt middel.
5. Jaarlijks 3x mestonderzoek laten uitvoeren, namelijk eind maart, eind juli en eind september.
De monsters kunnen elke werkdag tot 10:30 uur worden aangeleverd.